Het Koetshuis, de dienstwoning en Bloembinderij dateren eveneens uit die periode. Het park (destijds 16 hectare) met vijver, vogeleiland, kassen vol tropische planten en boomgaard is eerder aangelegd maar werd in de 19e eeuw uitgebreid. Zo ook het rosarium, in 1918 ontworpen door tuinarchitect Springer. In 1927 nam dochter Charlotte van Beuningen-Fentener van Vlissingen, samen met haar man Willem van Beuningen, intrek in het woonhuis. Het landgoed bood echter te weinig faciliteren naar hun zin, van het koetshuis werd een woning gemaakt voor het extra personeel en elders op het terrein verrezen een groot dienstgebouw en een stal. Ook het rosarium kon mooier volgens Van Beuningen, tuinarchitect Versteeg kreeg de opdracht om het rosarium te vervolmaken en uit te breiden.
Het sociaal bewogen echtpaar is door hun goede daden voor de gemeenschap van Vught niet onopgemerkt gebleven. Zo lieten zij onder andere in de jaren ‘30 arbeiderswoningen bouwen, financierde ze een groot deel van de renovatie van het raadhuis en organiseerde mevrouw, samen met andere vrouwen uit het dorp, tijdens de Tweede Wereldoorlog de verstrekking van voedselpakketten aan gevangenen van Kamp Vught. Een van de sporen die Willem en Charlotte hebben achtergelaten in Vught is de Van Beuningenpenning. Deze buitengewone onderscheiding wordt bij hoge uitzondering toegekend aan burgers die zich op een bijzondere wijze verdienstelijk hebben gemaakt voor de Vughtse gemeenschap.
Bij de verkoop van het landgoed in 1950 had Charlotte de wens dat het een maatschappelijk doel zou gaan dienen. Die wens wordt tot op de dag van vandaag nog steeds vervuld. Opbrengsten uit de exploitatie van Landgoed Huize Bergen komen namelijk ten goede aan ideële doelen via de Joannes Bosco Stichting. De stichting ondersteunt daarmee projecten in Brabant die gericht zijn op de ontwikkeling van jongeren. Landgoed Huize Bergen heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot hotel, vergaderlocatie, trouwlocatie en restaurant.
